Als ouder weten we het maar al te goed: je bent nooit de enige opvoeder van je kinderen. Terwijl je kind groeit, krimpt de invloed die je als ouder hebt. Tijdens de opvoeding verandert de rol van ouder/opvoeder voortdurend van voorbeeldfunctie over coach tot raadgever … Opvoeden is dus altijd laten groeien tot zelfstandigheid. Vanaf een bepaalde leeftijd hoop je immers dat jonge mensen zelf in staat zijn verantwoorde beslissingen te nemen. (Ouder)liefde is van zich weg beminnen.

 

Zeker als kinderen ouder worden, nemen ze veel waarden over van de omgeving waarin ze vertoeven, zo ook van de leeromgeving. Als leden van een schoolteam vinden we daarom dat elke ouder het recht heeft te weten welke waarden wij met ons opvoedingsproject willen nastreven. We laten ons inspireren door de figuur van Sint-Vincentius, aan wie onze school ook haar naam te danken heeft.

 

In onze school staat de ontplooiing van elke unieke mens centraal en gaat onze bijzondere aandacht uit naar wie het moeilijk heeft, naar het voorbeeld van Sint-Vincentius.

 

Vaak staan we met een oordeel klaar als we naar de mensen rondom ons kijken. Sint-Vincentius spoort ons aan om elke mens te zien als een medaille of een munt met twee zijden. Net zoals een gekraste munt haar waarde niet verliest voor mensen, zo blijft een mens met ‘krassen’ in zijn levensloop toch kostbaar voor God. Ook een getekend mens blijft de moeite waard voor God. Christenen zijn dus mensen die met een open geest verder durven kijken dan de oppervlakkige buitenkant van mensen en dingen.

 

Als christelijke school inspireren wij ons op evangelische waarden. Daarom willen we onze leerlingen opvoeden tot bekwame mensen die bereid zijn om verantwoordelijkheid te dragen in de wereld die hen wordt toevertrouwd.

 

We geloven dat opvoeden in een geest van openheid, respect en solidariteit met elke unieke mens, aan onze leerlingen het perspectief biedt mee te kunnen werken aan een menswaardige toekomst voor allen. In onze school willen we jonge mensen opleiden tot zulke mensen met een open geest. Daarom bieden we hen voldoende ruimte om te groeien, om hun eigen weg te vinden in de samenleving.

Verandering en verantwoordelijkheid in je klas

Jonge mensen hebben het recht om te groeien in hun mogelijkheden. Zij mogen verwachten dat leerkrachten rekening houden met hun capaciteiten. In onze op-voeding willen we dan ook individuele accenten leggen, aangepast aan de leeftijd van de leerlingen.

 

We willen leerlingen aansporen om in de eerste plaats hun verantwoordelijkheid op te nemen in de eigen klasgroep. Het schoolleven is een dagelijks engagement van leerlingen en leerkrachten, dat vaak tot uiting komt in de kleine dingen van elke dag, in de beperkte kring van de klas. Samen opgroeien is ook respect hebben voor elkaars eigenheid.

Respect zonder hartelijkheid is geen werkelijk respect. Maar hartelijkheid zonder respect heeft ook weinig te betekenen; want ze ontaardt gemakkelijk in ongepaste vertrouwelijkheid. De hartelijkheid verwatert dan en heeft te lijden van je wisselende stemmingen.

Eigen identiteit en de mensen rondom mij

Als wij willen dat onze leerlingen het engagement op zich nemen om een recht-vaardige maatschappij uit te bouwen, moeten we hen minstens onze eigen school kunnen voorhouden als een voorbeeld - in het klein - van zo’n rechtvaardige sa-menleving. We tonen leerlingen hoe ze kunnen opkomen voor zichzelf zonder de ander te verdrukken.

Wij willen dat anderen ons - zelfs met onze zwakheden - aanvaarden zoals we zijn. Is het dan niet vanzelfsprekend dat wij ook de eigenheid van de anderen verdragen?

Het leven op school is een oefening in samenleven. Leerlingen leren de dunne lijn bewandelen tussen opkomen voor zichzelf en zichzelf in het middelpunt plaatsen. Buitenschoolse activiteiten zijn vanzelfsprekend bedoeld om de theorie te toetsen aan de praktijk, maar willen ook de kameraadschap onder leerlingen bevorderen. Dat alles is groeien in relatiebekwaamheid.

Kunnen kiezen voor waardevolle dingen, experimenteren, grenzen aftasten

Wie jonge mensen wil laten groeien in zelfstandigheid, moet ook vrijheid durven geven. De school wil de leerlingen hiertoe ruime kansen bieden. Het gaat dan niet om ongebonden vrijheid, waarbij men kan doen wat men wil, want dan vervalt men snel in het nemen van impulsieve beslissingen of laat men zich meeslepen door voorbijgaande maatschappelijke trends. Positieve vrijheid is wel geëngageerde en creatieve vrijheid die bekwaam maakt om voor waardevolle dingen te kiezen.

Wie iets goed doet, gaat ook andere dingen goed doen, want goede eigenschappen helpen elkaar te voorschijn komen.

Engagement dichtbij en veraf: de wereld rondom mij

Een open geest op onze school houdt ook in dat we verder kijken dan de eigen schoolmuren. Onze leerlingen van vandaag kunnen op deze manier de geënga-geerde wereldburgers van morgen worden. Wij willen jonge mensen gevoelig maken voor mensenrechten, de armoede in de vierde wereld, het leefmilieu en we willen hen de solidariteit leren beleven met de derde wereld.

Naastenliefde is niet een deugd waarover je gevoel mediteert, maar een concrete daad aan mensen, die met hun ellende op je stoep zitten.

Groeien in ethisch besef

We willen de leerling laten groeien tot een harmonisch ontwikkeld persoon. Daarin speelt de lichamelijke en cognitieve ontwikkeling een rol, maar zeker ook de emotionele en morele ontwikkeling. Waar het op aankomt, is de leerlingen te helpen bij het ontwikkelen van hun moreel besef. Bij vele leerlingen is er, onbewust, een sterk christelijke inspiratie aanwezig.

 

Er zijn de ethische vraagstukken die niet enkel in de lessen godsdienst worden behandeld, maar ook de wetenschap niet onberoerd laten. Er zijn de vele vormen van concrete inzet voor een gezamenlijk project.

Iemand werkelijk beminnen is: zijn waardigheid erkennen, opkomen voor die waardigheid en ze vergroten.

Innerlijk kompas, groeien naar zelfstandigheid

Opvoeden is opvoeden tot zelfstandigheid. We willen leerlingen opvoeden tot zelfstandige mondige volwassenen. Hen de weg blijven wijzen kan immers niet. Het opvoedingsproject van de school wil de basis leggen voor een eigen oriënte-ringsvermogen. Daarom stimuleren we de leerlingen tot actieve participatie en inspraak. Het moet jonge mensen in staat stellen zelf te onderscheiden welke wegen naar een vruchtbare toekomst leiden en welke wegen doodlopende paden blijken te zijn.

Meestal schamen we ons als we op belangrijke vragen geen antwoord weten. Dat hoeft helemaal niet. Er zijn levensvragen, die een levenslang antwoord nodig hebben.